dinsdag 25 mei 2010

Eng!

Ik loop over straat en word haast aangevallen. Mijn aanvaller is een gevleugeld wezen, zonder ruimtelijk inzicht, die zo nu en dan een kreet slaat. Zijn geluid klinkt als volgt: roekoe roekoe roekoe. Ik weet mijn aanvaller - die zich nergens bewust van is - nog net te ontwijken door mijn hoofd af te wenden van zijn geweldige gestalte. Ik vraag me af waarom deze beesten bestaan.

En dat doe ik nogmaals als ik naast Marinus in de auto zit. Ik ben al zo vaak het bijna slachtoffer van de duif geworden. In christelijk Nederland klinkt dat natuurlijk heel aantrekkelijk. Wauw, constant geweldige ervaringen met de heilige Geest. I wish it was like that! Maar de simpele dakduif lijkt naar mijn idee echt niet op de heilige Geest. Ik zeg tegen Marinus als hij nog net een duif weet te ontwijken dat ik met God graag eens over deze beesten wil praten. Ze zijn niet zo snugger, vliegen willekeurig door de lucht en als ze iets of iemand raken dan hebben zij er geen last van lijkt wel. Ik heb een aantal jaar op de markt gestaan en dan is het echt eng als er zo'n duif in de kraam zit. Die duif is ook angstig en fladderd er vrolijk op los. Dat is eng!

In elk geval. Op het moment dat ik dat tegen Marinus zeg, bedenk ik me dat ik God flink beledig door van Hem te vragen waarom de duif gemaakt is. Vooral omdat de duif symbool staat voor de heilige Geest! Ik bedank Marinus dat hij het beest niet heeft doodgereden, dat is wel erg sneu. En ik probeer maar te dealen met de duiven in ons land.

Geen opmerkingen: